De jongens

 De functie van alle geslachtsonderdelen.

• De 2 zaadleiders: leiden de zaadcellen vanuit elke bijbal naar de prostaat waar er een vocht met voedingstoffen aan toegevoegd wordt.
• De prostaat: is een klier die bij de man vlak onder de blaas om de urinebuis heen zit. De prostaat produceert een aantal hulpstoffen die aan het sperma worden toegevoegd.
• De penis: wordt gebruikt om urine te lozen en voor seksualiteit zoals, geslachtsgemeenschap of voorplanting.
• De balzak: is gemaakt van een laag huid met een laag spieren eronder. In de balzak bevinden zich 2 gescheiden ruimtes waarin aan elke kant een zaadbal met een bijbal past. De zaadballen produceren mannelijke hormonen en zaad (sperma)
• De bijbal: bestaat uit een wirwar van zeer kleine buisjes en licht als een soort kapje op de zaadbal. De zaadcellen worden opgeslagen in de bijballen.
• De zaadblaasjes: achter de prostaat komt de zaadleiders samen met de afvoer van de zaadblaasjes. Zaadblaasjes zijn klieren die spermavocht produceren.

Wat zijn hormonen en wat doen ze met je?

Hormonen zijn signaalstoffen die via de bloedbaan aan doelcellen of organen worden afgegeven.
Wat doen hormonen met je?

• Er worden zaadcellen in de teelballen gevormd.

De geslachtshormonen zorgen ervoor dat er in de puberteit van alles in je lichaam verandert, zoals:

• Baard in de keel
• Meer spieren
• Baard/snor
• Okselhaar
• Balhaar
• Borsthaar

De gevolgen van een vergrote prostaat.

• Zwakkere plasstraal
• Vaker moeten plassen
• Plassen gaat moeilijker
• Blaasontsteking
• Erectieproblemen

Wat is een erectie en hoe ontstaat het?

Als de penis stijf en hard wordt door seksuele prikkeling of spontaan, spreken we van een erectie of een stijve.
Bij een erectie lopen de zwellichamen van de penis vol bloed waardoor deze groter, stijver en harder wordt en zich opricht.

Wat is een zaadlozing en hoe ontstaat deze?

Bij een zaadlozing vloeit of spuit er sperma uit de penis.
Meestal valt het samen met het orgasme, en is het een gevolg van seksuele stimulatie.

De meisjes

De functie van alle geslachtsonderdelen.

• De baarmoeder: de belangrijkste functie is om een bevrucht embryo te laten innestelen. Het embryo groeit in de baarmoeder uit tot foetus en blijft er tot de geboorte van de baby.
• De clitoris: ligt aan de bovenzijde tussen de grote schaamlippen, op het punt waar de kleine schaamlippen bij elkaar komen.
• De kleine schaamlippen: dunne onbehaarde, dunne huidplooien die tussen de grote schaamlippen liggen. Aan de bovenkant komen ze samen en bedekken de clitoris.
• De grote schaamlippen: behaarde huidplooien wie om de kleine schaamlippen heen liggen. Ze vormen aan beide kanten de grens van de vulva.
• De vagina: het inwendige deel van het geslachtsorgaan bij vrouwen. Het is ook een deel van het geboortekanaal bij de bevalling.
• De baarmoederhals: smalle, buisvormig gedeelte van de baarmoeder dat aan een kant in de vagina eindigt, aan de andere kant over gaat in de baarmoederlichaam met daarin de baarmoederholte. In de vagina heeft de baarmoederhals een opening, de baarmoedermond.
• De eierstok: het orgaan in de vrouw waarin de eicellen worden opgeslagen.
• De eileider: orgaan dat zich met het brede eind over de eierstokken heen buigt en met het smallen uiteinde in de baarmoeder uitkomt. De eileider is het vervoer van de eicel of embryo naar de baarmoeder. In de eileider kan de bevruchting plaats vinden. 

Wat zijn hormonen en wat doen ze met je?

Hormonen zijn signaalstoffen die via de bloedbaan aan doelcellen of organen worden afgegeven.
Wat doen hormonen met je?

• Eicellen beginnen zich te ontwikkelen in de eierstokken.

De geslachtshormonen zorgen ervoor dat er in de puberteit van alles in je lichaam verandert, zoals:

• Okselhaar
• Vaginahaar
• Bredere heupen
• Borstgroei

Wat is ovulatie en wanneer kan het plaatsvinden?

Een ander woord voor ovulatie is eisprong.
Tijdens de ovulatie ben je het meest vruchtbaar.
Op het moment van de ovulatie komt een rijpe eicel vrij uit de eierstok.
Sommige vrouwen hebben een regelmatige cyclus waardoor de ovulatie makkelijk is na te gaan, meestal 10 tot 14 dagen voor de menstruatie.

Wat is innesteling en wanneer gebeurt dat?

Enkele dagen na de bevruchting nestelt de bevruchte eicel zich in het baarmoederslijmvlies van de baarmoeder.
Doordat de eicel zich goed vastzet in het slijmvlies kunnen allerlei stoffen vervoerd worden.
Bijvoorbeeld: uit de bloedvaten van de baarmoederwand kan er zuurstof opgenomen worden en afvalstoffen kunnen afgegeven worden aan het bloed.
De innesteling vindt ongeveer 20 dagen na de menstruatie plaats of 5 dagen na de bevruchting.

Wat is menstruatie?

Maandelijks optredende bloeding van het baarmoederslijmvlies, ook wel maandstonden genoemd.
Het bloed is afkomstig van de baarmoederwand.
De meeste vrouwen menstrueren ongeveer 5 dagen.